In Tilburg herinneren nog veel straatnamen aan het verleden van de textielindustrie. De meeste van die straten liggen in stadsdeel Oud-Noord, en met name in de vroegere parochie Hasselt. Het centrum is het Textielplein, met aansluitend de Textielstraat. Daaromheen komen de volgende straatnamen voor met stoffen uit de textielindustrie. Lakenstraat: ‘Laken’ was vroeger de naam voor iedere stof die uit wol was geweven. Kamgarenplein: kamgaren is de verzamelnaam voor wollen stoffen die zo bewerkt zijn dat ze een eigen karakter krijgen. Bijvoorbeeld stoffen waarvan kleding te maken is licht aanvoelt bij het dragen. Gabardine is een kamgarenstof. Bukskinstraat: bukskin is een wollen stof die stevig is en zwaar, maar die toch in mooie patronen verwerkt kon worden. Deze stof werd vooral gebruikt voor winterkleding. Flanelstraat: flanel wordt nog steeds veel gebruikt voor nacht- en sportkleding omdat het licht en zacht is. Het wordt gemaakt uit wol of katoen. Ratinéstraat: door ‘ratineren’ worden er op het weefsel ‘noppen’ gemaakt; daardoor wordt de stof dikker en bestendig tegen vocht en wind. Deze stof werd vooral gebruikt voor winterkleding. Gabardinestraat: ‘gabardine’ is al bekend uit de 14e eeuw. Toen diende het al tegen de regen. De stof wordt bewerkt met aluin en wordt daardoor regenbestendig. Cheviotstraat: De wololen stof ‘cheviot’dankt zijn naam aan een Schots schapenras. De wol van deze schapen was uiterst geschikt om er kostuums van te maken van kamgaren. Marengostraat: een uit diverse garens geweefde stof die bijzonder geschikt was voor mantels, jassen en kostuums.