Terug naaar Tijdmachine

1902

De moord op Marietje Kessels – Een belangrijke getuige

Dat het onderzoek naar de moord op Marietje Kessels nooit een dader heeft opgeleverd, is voor een belangrijk deel te wijten aan een getuige die van mening veranderde. De 64-jarige Johannes Jongbloets was postbode in Tilburg. In de ochtend van 22 augustus 1900 had hij rond het tijdstip van de verdwijning van Marietje in de kerk zitten uitrusten. Op zeker moment had hij vreemd rumoer gehoord vanuit een aan de kerk grenzende kamer. Tegelijkertijd had hij een ‘donkere man’ door de kerk zien lopen. Deze man was blijkbaar ergens boos over, en hij had Jongbloets zo woedend aangekeken dat hij ervan geschrokken was. Bij zijn eerste getuigenis had Jongbloets tegenover de politie verklaard dat deze donkere man de koster was, de verdachte Johan van Isterdaal. Al snel was hij echter weer gaan twijfelen, en voor de rechtbank verklaarde hij dat hij de donkere man toch niet had herkend. Pels Rijcken, de verdediger van verdachte August Mutsaers, was ervan overtuigd dat Jongbloets onder druk was gezet om zijn verklaring te wijzigen. Want als de kreten die Jongbloets hoorde van Marietje waren, en als Van Isterdaal en Mutsaers de dader niet waren, dan moest die dader elders in de kerk gezocht worden. Pels Rijcken heeft het altijd zeer verdacht gevonden dat de pastoor en de kapelaans van de kerk nooit stevig verhoord zijn.