Na de bevrijding van Tilburg door Schotse infanterie (27 oktober 1944) maakte de stad in december kennis met de Canadese militairen onder leiding van luitenant-generaal Henry Crerar, naar wie in Tilburg een straat is vernoemd. Crerar was in juni van dat jaar met zijn troepen in Normandië aan land gekomen, en had de operaties rond Antwerpen geleid waardoor de Duitsers zich uit deze voor de aanvoer belangrijke havenstad moesten terugtrekken, Toen de Duitsers in de winter van 1944-45 het zogenaamde Ardennenoffensief inzetten werden de Canadese troepen in en rond Tilburg ingezet om daar de geallieerde linies veilig te stellen. Door het langere verblijf van de Canadezen in de stad en de barre winterse omstandigheden (‘hongerwinter’) ontstond er een hechte band tussen de militairen en de plaatselijke bevolking waar de militairen waren ingekwartierd. Op 24 december kwam Crerar naar Tilburg terug en vierde daar het kerstfeest met Tilburgse kinderen. In het voorjaar van 1945 werd Tilburg opnieuw bezocht door Canadese militairen, nu om er uit te rusten van de oorlogsinspanningen.